Une belle journée

Wat een prachtige dag! Het geluk lacht me toe vandaag, al vanaf het prille begin. Een dag die in de vroege ochtend al vol mooie beloften is. De lucht is kraakhelder en van een oogverblindend blauw. Slechts af en toe schuift er een hagelwitte wolk langs de bergen die onze gîte in het groene en ruige hart van Corsica omgeven.

We gaan er alles uithalen, willen gretig van al het mooie van dit eiland een hapje proeven. Naast de machtige bergwereld in het hart van het eiland, mogen we de onweerstaanbare mooie kustlijn niet missen. De verleiding van de zee roept!

La mer est toujours belle

Kind van de zee, dat ben ik! La mer est toujours belle. Haar vrienden wind en zon bepalen in sterke mate welke jurk ze ’s morgens kiest. Van het grauwe, vormloze grijze nonnenhabijt in sombere en bewolkte tijden, tot de verleidelijke azuurblauwe cocktailjurk op de dagen dat de mistral regeert. Het staat haar allemaal even goed. Ik hou van haar, in alle gedaanten. Als in een goed huwelijk: in voor- en tegenspoed. Wetend dat zowel de liefde als de zee zelden zonder onweer zijn. Windstil is het vrijwel nooit en soms haalt storm juist het beste in ons boven.

Mijn liefde voor de zee was er al vroeg. Met mijn ouders en zusje bracht ik de vakanties door op een fantastische plek in het Texelse bos, waar we door de duinen van de Bleekersvallei naar het strand van Westerslag liepen en ik kennismaakte met de Noordzee. Eenmaal definitief genesteld op Texel, wilde ik leren zwemmen. Ik leerde het mezelf, onder begeleiding van een bestuurslid van de zwemvereniging die ik dagelijks trof in het kleine, maar fijne zwembad. Zwemmen was geweldig, ik lag elke dag in het water of zwom in de Noordzee, haalde veel diploma’s en werd lid van de zwemvereniging. Water werd mijn grote vriendin, we spraken het liefst iedere dag met elkaar af. Weer of geen weer. Ik was er. Altijd. En als ik de kans kreeg, koos ik voor zout in plaats van chemisch chloor. Koos ik voor het water dat meer spanning en interactie gaf dan de veilige status quo van het zwembad. Koos en kies ik voor een leeg en verlaten strand boven het toeristische wespennest. Het strand dat het mooist is als je het voor jezelf alleen hebt. Alleen met de meeuwen, alleen met de elementen.

Le Grand Large

Het aanbod van elementen is hier enorm: wind, zee, zon… ze zijn er allemaal! Wanneer we de drukte en de lelijke buitenwijken van Ajaccio achter ons laten en de kustweg noordwaarts volgen, ontvouwt zich een overweldigende kustlijn, de Golfe de Sagone: een machtig grote baai, met kleinere sub-baaien.

DSCN3210

Het is al oktober en naseizoen: slechts een handjevol toeristen heeft deze prachtige plek ook ontdekt. Tegen lunchtijd vinden we restaurant Le Grand Large. Het restaurant maakt zijn veelbelovende naam waar: het is direct gelegen aan het intens witte strand van het plage d’ Esigna. We hebben er onze zinnen op gezet: het lachte ons al toe in de folder in de gîte. Vrijwel alle tafels kijken uit op de grote wijde Middellandse zee, les pieds dans l’eau. De keuze is aan ons en het wordt de mooiste tafel aan de buitenrand, daar waar de tafelpoten slechts door een muurtje gescheiden zijn van het warme witte zand en we le grand large vol in beeld hebben: een grote natuurfilm waar we middenin zitten.

IMAG0274Het perfecte decor voor een geweldige lunch. We heffen een glas Corsicaans wit op het leven, op ons, op dit prachtige eiland en deze waanzinnig mooie plek. Op het geluk dat ons toelacht. En op de verleidelijke lokroep van de zee: geniet lekker, maar kom straks naar me toe om met me spelen!

Deining

Wapenbroeder wind heeft het voor het zeggen vandaag en blaast zijn dwingende adem naar de kust. Ergens, op deze grote vlakte water, heeft iets een golfbeweging in gang gezet. Wie gaf de zee vandaag, gisteren of eerder deze week het eerste tikje in het spelletje beweging doorgeven? Een van de vele ferries of vrachtschepen? Of was het wellicht een cruiseschip vol bejaarde genieters?

Alle druppeltjes spelen mee vandaag. Ze bewegen fanatiek en geven die beweging door aan hun vriendjes. Vandaag mag bovenbuurman wind ook meespelen. Zo vormen zich door de som van zeegang en deining flinke golven. Samen krijgen ze het voor elkaar: een enorm plein uitdagende golven.

IMAG0273

In één golfslag ben ik door! Het initiatief is geheel aan zeezijde vandaag. Geen tijd om als een bang vogeltje langzaam en truttig te wennen: eerst de voeten, de knieën, op de tenen gaan staan en een klein gilletje als het badpak nat wordt rond de heupen en langzaam optrekt naar boven. Geen tijd om minutenlang te dralen, omdat de omgevingstemperatuur boven de 25°C uitstijgt en het water relatief koud is. Geen tijd om langzaam naar voren te glijden, het hoofd eerst nog angstvallig boven water. Geen tijd om na te denken over het onbevreesde in-één-keer-door, dat met de jaren steeds verder van mij weg lijkt te raken. Vandaag heeft de zee daar geen boodschap aan…

In volle vaart vuurt de eerste golf een massa water op me af. Alles tintelt, de loomte van de heerlijke after lunch in goed gezelschap in het weelderig zachte zand, is in een klap weggespoeld. Wakker! Dit is geweldig. En bam, daar is de tweede golf al. En de derde. Ik draai me om en laat de golf breken op mijn rug. Wát een kracht, prikkend zout overal.

Het golvenspel is ontspannend en ook een beetje spannend:  het is wel ruig vandaag. Ruiger sinds lange tijd en vooral onvoorspelbaar in ritme van de golven. Ook hier geldt: elke zevende golf is hoger en krachtiger. Ritmisch beweeg ik mee met dit spelletje tikkertje. De golven sleuren en schuren. Alle zintuigen staan op scherp. Ademen moet in het dal van de golf. Ik zet me schrap voor iedere aanval en geniet! Ik houd Herman in een rechte lijn van mijn blikveld. Hij leest, ligt ontspannen in het zand. Hij gunt mij dit plezier en heeft er zelf niets mee. Laat me spelen…

We spelen nog even door, de golven en ik, en dan wordt het tijd om terug te keren naar het warme strand, mijn boek en mijn lief. Met krachtige slagen zwem ik richting strand. Tenminste… ik zwem wel heel hard, maar ik lijk niet echt heel erg veel vooruit te komen. Ik zwem, maar kom geen meter dichterbij de kust. Wat is dit? Ben ik te slap? De golven lachen me keihard uit: je wilde toch spelen? Nou, dan gaan we spelen! Ik probeer mijn rechte lijn naar het strand los te laten door schuin weg te zwemmen, doe een poging gebruik te maken van de golven. Immers, als ik mij laat meevoeren, kom ik vanzelf op het strand. Briljant idee, maar het valt niet mee. De golven komen van de linkerkant en slaan vol in mijn gezicht. Ik zie ze niet meer aankomen, ik heb mijn mond op het verkeerde moment open en een volle teug zeewater is het gevolg. Wat ik ook probeer, borstcrawl of schoolslag, mij mee laten voeren of juist hard zwemmen, ik kom geen slag verder. Ik zwem tegen een muur van water. Een keiharde muur, waarin ik de poort naar het veilige strand en de vaste grond onder mijn voeten niet kan vinden.

Langzaam maar zeker, met elke golf die me overspoelt, komt het besef binnensijpelen dat de zee aan het langste eind trekt en dit spelletje wil winnen. Rustig blijven. Geen paniek. Blijf kalm…

De zee blijft op mij inbeuken. Steeds vaker zie ik de golven niet meer aankomen. De onbevangen sensatie van een onschuldig spelletje golfje tikken, maakt plaats voor schaamte. Zo voelt het dus, eenzaam zijn. Zo voelt het blijkbaar: dierbaren zijn zo dichtbij en tegelijkertijd zo ver weg. Herman leest rustig zijn boek…geen idee dat de zee het langzaam gaat winnen. Geen idee welk spel gespeeld wordt. Onwetend van mijn eenzaamheid. Gelukkig niet.

Ik moet iets doen, maar wat? Ik doe al van alles, maar het werkt niet. Mijn lichaam laat me in de steek. Mijn zwemtechniek is niet toereikend. Mijn gezond verstand weet het ook even niet meer. Zonder hulp kom ik hier niet uit. Mijn spieren worden moe en ik ben de speelbal geworden van dit woensdagmiddagspelletje. De zeeplein-bende speelt trefbal en heeft de bal van mij afgepakt. Ik voel mij klein en nietig. Dom vooral. Dit geweld had ik anders moeten inschatten. Zou het zo snel gaan, verdrinken…?

Volkomen in gedachten, in de overlevingsmodus om in ieder geval mijn hoofd boven water te houden, duiken er achter mij twee mannen met surfboards op. Wat grappig, ik ben niet de enige gek die vandaag met de golven speelt. Ze zijn zo dichtbij. De zee is groot genoeg, wat doen ze hier? Willen zij met mij spelen? Mij leren surfen? Ik maak contact en zeg dat de zee vandaag wel erg woest is. Alsof zij dat niet weten…

Resoluut en krachtig verzoeken ze mij om op het surfboard te gaan liggen. Leuke uitdaging en makkelijker gezegd dan gedaan. Zo’n board is spekglad! Ik houd mij vast aan de punt en wurm mijn lijf op de plank. Het lukt niet, ik glijd er steeds af. Kunnen die golven nu niet stoppen…alsjeblieft? Even niet, zodat ik op adem kan komen?

De golven kennen geen genade. Enige seconden lig ik op de plank, maar even snel word ik er weer keihard afgesmeten. Het kost veel moeite om het contact met de plank te behouden. Het moet. Zonder dit houvast gaat het nooit lukken. Mijn armspieren maken overuren en de golven lijken per seconde gretiger te worden.

De oudere man van de twee geeft commando’s aan de jonge knul. We maken gebruik van de golven, doen een poging om dichter bij de kust te komen. Het lukt me nauwelijks meer om op de plank te blijven liggen. Terwijl dat juist moet. Niet te diep in dit water, juist gebruik maken van het bovenste laagje, de onderstroom is te sterk. Steeds vaker dans ik niet meer mee op het ritme van de golven. Steeds vaker verslik ik me in een zoute slok. Ik word er misselijk van. Het surfboard wil ook niet meer meewerken, de surfers sleuren mij er steeds op…En Herman?

Ik zie hem liggen. Hij geniet, ik zie het. En heeft geen idee wat er zich in deze meedogenloze golven afspeelt. Gelukkig maar, hij mag niet ongerust worden. Als hij mij ziet, zal hij wel denken: het is haar weer gelukt om de contact te leggen met een stel Fransen. Wil ze werkelijk leren surfen? Niets is wat het lijkt. Ik ben gewoon aan het zwemmen met twee ongelooflijk dappere kerels.

Ik wil dit volhouden, wil mijn best doen, wil niet afhaken. Ik wil naar het strand, in ieder geval naar een plek waar ik de zeebodem weer onder mij voel. Zó diep is het hier toch niet…ik was toch geen honderden meters weg? Ik kan alleen nog als een slappe pop op het surfboard hangen. Mijn lot is in de handen van twee wildvreemde mannen…

Ik doe maar wat. De kracht van de zee is enorm en lijkt met de minuut toe te nemen. Een grote hand lijkt me tussen duim en wijsvinger vast te hebben en smijt me, bulderend van het lachen, heen en weer. Ik heb niets in te brengen. De mannen lijken beter bestand tegen deze elementen, maar heel makkelijk gaat het niet. Ze roepen Franse codetaal naar elkaar, ik versta het niet meer, er zit water in mijn oren. Er is water, overal…

Stukje bij beetje komen we dichter bij het strand. Ik zie diverse mensen opstaan, alsof er iets bijzonders is te zien. Ook Herman maakt zich los van zijn boek, staat op en wandelt rustig naar de vloedlijn.

Het strand is in zicht…het komt goed…

Het zachte zand maakt een eind aan de pret van de golven. Het heerlijke strand verhindert de druppelvriendjes om nog goed te kunnen bewegen. De natuurlijke blokkade van de vaste deeltjes zand remt de golven af. Schuimend en briesend blazen ze de aftocht, met de staart tussen de benen. Doordrenken het zand om daarna langzaam weg te vloeien en trekken mijn laatste beetje kracht met zich mee. Ik kan goed tegen mijn verlies. Stoppen nu zee, je hebt al gewonnen.

Un, deux, trois en daar lig ik, door de twee mannen als een stuk wrakhout op het strand gesleept. Een gestrande potvis die bekeken wordt door nieuwsgierige en bezorgde strandgangers. Ik voel me beroerd, ben misselijk en draaierig, gezandstraald en zo vreselijk moe en slap.

“Vous avez eu beaucoup de la chance”… zeven woorden die mijn redders steeds blijven herhalen. Hoe kan ik ze bedanken? Zonder deze twee dappere kerels – die doen of het hun dagelijks werk is – had mijn spelletje met de golven heel anders kunnen aflopen. “Vous avez eu beaucoup de la chance”. Wat kan ik voor ze doen? Niet veel, ze zijn nogal bescheiden: graag gedaan, au revoir en verder niets…Of toch? Een briefje naar monsieur le maire wellicht. Een briefje aan de burgemeester dat er bewaking moet komen op dit strand. Echte bewaking, ook in het naseizoen, en geen toevallige opmerkzaamheid van twee superhelden van de lokale surfboardverhuur.

“Vous avez eu beaucoup de la chance…”en weg zijn ze. Uit het niets doken ze achter mij op en in een flits zijn ze weer weg, alsof er niets is gebeurd.

Het is een prachtige, stralende dag en het geluk lacht me – meer dan ooit – in ruime mate toe. De lucht is iets minder helder dan bij aanvang van deze bijzondere dag  en lijkt wat fletser blauw. De verleiding was vandaag groter dan de ratio. Een klein wolkje met een donker randje is voor de zon geschoven en zal wel even blijven hangen. Om vervolgens genadeloos weggeblazen te worden door de wind …

IMAG0275

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.